Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En zij zullen [47]hen noemen [48]het heilige volk, [49]de verlosten des HEEREN; en [50]gij zult genoemd worden [51]de gezochte, [52]de stad, die niet verlaten is. 47. Te weten de gelovigen, die zich tot de Christelijke gemeente zullen vervoegen, zo uit de Joden als uit de heidenen. 48. Hebreeuws, het volk der heiligheid. 49. Dat is, die van den Heere verlost zijn. 50. O Zion, gij kerk Gods. 51. Het Hebreeuwse woord, hetwelk enigen in den tekst zetten, betekent de gezochte, of nagezochte, of bezorgde; te weten die de Heere uit genade weder bezocht en vergaderd heeft, daar zij tevoren om harer zonden wil een tijdlang was verlaten en verstrooid geweest. Zie hfdst.54 vs.6,7, en de aantekening Deut.11:12. 52. Of, de onverlaten stad. --------------------